De huidige onderwijsvernieuwingen roepen uiteenlopende reacties op. Dit heeft te maken met overtuigingen en idealen van de betrokkenen. Leraren hebben het gevoel dat ze de bezieling voor hun vak kwijtraken. Onderwijsvernieuwers krijgen het verwijt dat ze te weinig oog hebben voor het belang van kennis. Directies worstelen met de vraag welke koers ze moeten kiezen. Dit boek verheldert de achterliggende onderwijsidealen en zoekt naar bronnen voor bezieling vanuit de gedachte dat het in het onderwijs draait om de vorming van de leerling.
Naast een historische en conceptuele analyse van het begrip 'vorming' worden beschouwingen gegeven over godsdienstige, morele, filosofische en culturele vorming. De redacteuren geven in een slotbeschouwing een vertaling van de inzichten uit deze bundel naar de huidige situatie in het onderwijs. Daarin wordt speciaal aandacht gegeven aan de lerarenopleidingen. De redacteuren van deze bundel stellen dat deze opleidingen moeten streven naar diep en breed gevormde leraren. Voor werkelijk bezielend onderwijs moeten leraren niet alleen kunnen reflecteren op wie zij als persoon zijn, maarzullen zij zich ook moeten verhouden tot de culturele traditie waarin het onderwijs staat.
De teksten in deze bundel zijn bewerkingen van lezingen in een project van het lectoraat 'Onderwijs en Identiteit' van hogeschool Driestar educatief te Gouda in samenwerking met de Christelijke Hoge-school Ede en de Gereformeerde Hogeschool Zwolle.