Als troubadour Paul Cherryseed zing ik liedjes vanuit mijn hart. Droevige liedjes over gebrokenheid, eenzaamheid en vruchtbare liedjes over bevrijding, hoop en verlossing. Liedjes met vers nieuws vanuit de hemel. Liedjes die Gods Koninkrijk weerspiegelen. Daarom blijf ik op straat, in kerken, in parken, verpleeghuizen, gevangenissen, cafés, huiskamers en andere plekken zingen en muzikale kersenzaadjes planten. Mijn klassieke “spaanse” gitaar en zang vormen de basis van het album, maar Lee Ann, Rob en Colin Lee Vermeulen kleuren het album verder in met o.a. Wurlitzer, bas en drums. AZC'er en Christen Aref Saberi bespeelt de Iraanse Tombak, en er is een klein hoopvol koor. De liedjes beginnen breekbaar en vol verlangen, in de woestijntijd. Met natuurlijk een altviool. Vanaf 'Dew' is er een subtiele overgang naar de tijd van genade, met een lied over de wind (Joh. 3), de genezing van een jongen (het ritmische en swingende The Joy) en de droom over een meisje met kleurpotloden in het haar. Het album eindigt feestelijk, met onder andere een bruiloftslied.